De Haagbeuk of ook wel Carpinus betulus genoemd, heeft de voorkeur voor een voedselrijke lemige en vochtige bodem, maar neemt met minder rijke gronden genoegen als die niet te zuur of te vochtig zijn. De haagbeuk stelt wel eisen aan het vocht leverende vermogen van de bodem en is zeer gevoelig voor hoge en stagnerende grondwaterstanden. De Carpinus groeit niet op arme, droge zandgronden. De Haagbeuk staat graag in de zon of halfschaduw en kan zelfs schaduw verdragen.
Vanaf half eind oktober tot en met begin half april kun je het beste een haagbeuk gaan planten. In verband met het in rust gaan is dit de beste periode om te planten. Hierdoor is er tevens minder uitvalkans bij de haagbeuk. De rustfase is namelijk van het van het najaar tot en met het voorjaar, de Carpinus betulus kan dan het beste gerooid en geplant worden. Gedurende een vorstperiode is het planten van een haagbeuk niet mogelijk.
Onderhoud van de Haagbeuk
De Carpinus betulus kan zonder snoei uitgroeien tot een mooie boom tot wel 25 m hoogte. Heb je een haag van Haagbeuk, dan kun je het beste 2 keer per jaar snoeien tussen april en half september. Zo wordt de haag mooi vol en ziet er strak uit.
Tuintip:
Gebruik voor het snoeien van de Haagbeuk een scherpe, schone (elektrische) heggenschaar, om snoeiwonden te voorkomen. Snoei dikkere takken van de haag met een snoeizaag of takkenschaar. Tevens is het raadzaam handschoenen te gebruiken en na het snoeien uw handen te wassen.
